Professionals in velerlei functies zijn vertrouwd met fysieke ontmoeting. Tijdens seminars, congressen en conferenties komen mensen elkaar vanzelf tegen, waaruit vaak spontane manieren van ervaringsuitwisseling volgen. Corona reduceert fysieke ontmoeting tot een minimum en andere, digitale, vormen treden in de plaats. Leren is Altijd Academie-groepen is daarvan een voorbeeld. In deze bijdrage wordt uitgelegd hoe dit in zijn werk gaat.
Van fysiek naar online
De ervaring leert dat in fysieke samenkomsten van vakgenoten in zorg en welzijn de deelnemers volop kennis en kunde delen over wat organisaties verder helpt bij het verbeteren van hun dienstverlening. Goede voorbeelden worden besproken, deelnemers geven elkaar tips en adviezen, inspireren elkaar, mailadressen worden uitgewisseld en toezeggingen tot het nazenden van materiaal worden gedaan. We zien ook dat door de spontaniteit van de één-op-ééntjes tijdens de pauzes, bij de koffieautomaat, op de gang, aan tafel met de deelnemers die naast je zitten en bij het weggaan vaak inhoudelijke verdieping plaatsvindt. Je ziet de gesprekken wel voor je: ‘Zeg, hoe doen jullie dit en dat in jouw organisatie?’; ‘Wij passen werkvorm X toe, maar merken veel weerstand, herken jij dat ook?’.
Deze spontane momenten zijn goud waard.
Corona gooit echter roet in het eten. Samenkomsten staan sinds maart van dit jaar op een heel laag pitje. Dit betekent dat we met elkaar op zoek moeten naar andere manieren om deze spontaniteit en vertrouwdheid van wederkerig leren te creëren. Met de komst van corona zien we dat het beeldbellen een vlucht heeft genomen. We ontmoeten elkaar in allerlei online vergaderingen met Teams, Zoom en Skype en proberen zo om toch een optimale vervanging te vinden voor de fysieke ontmoetingen. Maar niet iedereen voelt zich er prettig bij om tijdens zo’n uitzending plenair het woord te nemen. De breakout rooms, de virtuele groepskamertjes, proberen vorm te geven aan een wat meer intieme setting om met een beperkt aantal deelnemers zaken uit te wisselen. We zien echter dat het leggen van één-op-één contact in deze online samenkomsten helaas niet of nauwelijks aan de orde is en veel buiten je blikveld blijft. Begrijpelijk, maar hoe zorgen we er dan toch voor dat we elkaar durven bevragen, dilemma’s aan elkaar voorleggen en materiaal met elkaar kunnen en willen delen op de momenten dat je er aan denkt of er de tijd voor neemt? In het programma 2020 van Leren is altijd proberen we nieuwe mogelijkheden aan te boren om deze vorm van uitwisseling over organisaties heen te versterken.
Leerinfrastructuur Leren is Altijd Academie
De afgelopen maanden is gebouwd aan een leerinfrastructuur achter de website van Leren is altijd: de Leren is altijd Academie. In deze Academie zijn we gestart met 2 besloten groepen die met elkaar kennis en kunde kunnen uitwisselen over hun activiteiten op een specifiek onderwerp. De ene groep is gekoppeld aan de Uitdaging Lerende zorgcultuur. De andere groep houdt zich bezig met strategische opleidingsplannen. Binnen deze besloten omgevingen zijn diverse functies tot uitwisseling aanwezig.
Er is ten eerste een Forum waarop we zaken met elkaar delen. In het Forum bestaat de mogelijkheid om elkaar vragen te stellen, tips achter te laten, ideeën te delen, behoeftes kenbaar te maken en meer. Dit kan ook aan de hand van filmpjes en met toevoeging van documenten. Voor elke vraag of idee wordt een nieuwe topic aangemaakt waar de deelnemers hun reacties op kunnen geven.
Naast de functie van het forum bestaat de mogelijkheid om documenten te delen in de zogenaamde Buddydrive. Je kan op deze Buddydrive materialen zoals word- en pdf-documenten, filmpjes en presentaties plaatsen en je kunt ze downloaden. Op die manier creëren we met elkaar een bibliotheek van relevante documenten.
Tot slot is er de functie Buddymeet waarmee je direct samen een beeldbel-verbinding kan starten in de omgeving van Jitsi.
Eerste ervaringen
Sinds begin oktober is de functionaliteit van emailnotificaties aan de groepen toegevoegd. Dit betekent dat je bericht krijgt wanneer er nieuwe activiteit in de groep is. Op die manier denken we dat er meer interactie ontstaat doordat je sneller op elkaar kunt reageren. We zitten nog volop in de opstartfase van het gebruiken van de functionaliteiten. In deze fase merken de gebruikers dat het nog zeker geen vanzelfsprekendheid is dat zij op deze manier over de grenzen van organisaties heen met elkaar in contact kunnen treden. Daarom zullen we de komende maanden extra aandacht besteden aan hoe we er samen voor kunnen zorgen dat deze groepen een aanvulling vormen op de uitwisselingsmogelijkheden die we met elkaar hebben. Nu, in deze vreemde tijd waarin we elkaar niet of nauwelijks fysiek kunnen ontmoeten, is deze aanvullende ‘ruimte’ welkom. Maar waarschijnlijk ook daarna. Zo beleven we ook wel weer een pluspunt te midden van alle ervaringen die de coronatijd ons brengt.