Een goed begin is het halve werk 1

Door Jelly Zuidersma

‘Een goed begin is het halve werk’ is één van de twaalf uitdagingen van het programma Leren is altijd. Het programma Leren is altijd is gebaseerd op twee principes: ‘Leren in netwerken’ en ‘Ruimte voor leerinnovatie’. Onderwijsorganisaties en zorgaanbieders zijn deze uitdaging samen aangegaan door leernetwerken te organiseren rondom een aantal thema’s, om zo jongeren te boeien en te binden voor de ouderenzorg.

Doel
Het doel van de uitdaging is het bieden van een brede oriëntatie in de ouderenzorg aan vooral eerstejaars verpleegkundestudenten. Ontwikkelingen, zoals Positieve Gezondheid, Healthy Ageing, Zorgtechnologie in combinatie met Multi-pathologie, worden steeds belangrijker in de ouderenzorg. Het is belangrijk dat studenten deze ontwikkelingen vanaf het begin van de opleiding ontdekken en zich daarop breed kunnen oriënteren. Zo kunnen zij voor zichzelf een goed toekomstbeeld vormen voor de vele mogelijkheden die de ouderenzorg biedt. Kortom: een goed begin is het halve werk.

Leernetwerk als vorm
De eerstejaarsstudenten verpleegkunde oriënteren zich gedurende een periode van tien weken in een VVT-instelling. Elke week staat er een thema centraal, bijvoorbeeld kennismaking, bewoners/cliënten/zorgvragers, of verdieping in het netwerk. Met behulp van oriënterende opdrachten maken studenten kennis met deze thema’s. Zij lopen mee met hun werkbegeleider en ondersteunen bij voorkomende activiteiten. Daarnaast brengen VVT-instellingen een leervraag in met betrekking tot Positieve Gezondheid, Healthy Ageing of zorgtechnologie. Aan deze leervraag kan tijdens de gehele stage worden gewerkt en deze komt uitgebreid aan bod tijdens leernetwerkgesprekken. De docent die zowel de thema’s als de leervraag begeleidt, helpt de leervraag vanuit de praktijk te vertalen voor de student. De oriëntatie krijgt een vervolg in het curriculum en bij de studieloopbaanbegeleiding van de stagiair.

Citaat docent: ”Wanneer de student op oriënterende stage is, heb ik plotseling mooie en indrukwekkende gesprekken met de student over de toekomst.”

Praktische uitvoering leernetwerk
Organisatorisch bestaat een leernetwerk uit gemiddeld 6-8 studenten van 1-3 verschillende instellingen. Er is een docent vanuit school bij betrokken en 1-2 werkbegeleiders/praktijkexperts zijn aanwezig tijdens de leernetwerkgesprekken. De oriënterende stage duurt 10 weken, tijdens deze 10 weken lopen studenten parttime stage. Een deel van de groep op maandag en dinsdag en het andere deel op donderdag en vrijdag.

Alle 20 partners vanuit het Convenant doen mee; dit zijn 16 VVT-instellingen en 4 onderwijsinstellingen. In 2021 ging het om 280 studenten en nu in 2022 zelfs om 300 studenten die gaan oriënteren. Hiervan lopen er 240 stage bij instellingen vanuit het Convenant en nog 60 in andere instellingen.

Studenten hebben zelf een actieve rol in het organiseren van de leernetwerken, ze stellen bijvoorbeeld een agenda op voor de leernetwerkgesprekken. Werkbegeleiders en docenten ondersteunen hen hierbij.

Citaat student: “Eén van mijn doelen van deze stage is om meer informatie te kunnen krijgen over de verschillende kanten van de zorg, zodat ik later weet welke kant ik precies op wil in de zorg. En wat u van mij kunt verwachten is een actieve houding, interesse tonen en altijd op tijd zijn.”

Er is een flyer gemaakt met informatie voor werkbegeleiders. Deze flyer is te vinden op de website van Netwerkzon via deze link: https://www.netwerkzon.nl/uploads/0000/1384/Informatiefolder_Ori_nterende_Stage_DEF.pdf

Unieke regionale stagematching
De matching van stages gaat in onze regio via stagematching, www.stagematching.nl. Alles gaat digitaal en dat is uniek in onze regio. De verantwoordelijke medewerkers(beroepspraktijkvorming) vanuit stage-instellingen geven in dit systeem aan hoeveel stageplaatsen ze aanbieden. Deze stageplaatsen worden verdeeld over de deelnemende scholen waarbij de stagecoördinator de studenten in stagematching aan een van deze stageplaatsen koppelt.

Citaat werkbegeleider: ”Wat geweldig dat ook alle studenten van de oriënterende stages stagematching benutten zodat ik iedereen binnen de stage-instelling op tijd op de hoogte kan brengen dat de stagiair komt en zij een vliegende start kunnen maken.”