Ria Nijnuis is locatiemanager van zorgcentrum Winkheem in Winsum, één van de locaties van Stichting De Hoven. In het Winkheem gaan ze binnenkort een proef doen met de zorgrobot om te kijken wat het effect van deze technologie is op de kwaliteit van leven en de eenzaamheid van de bewoners aan de ene kant én de kwaliteit van de zorgverlening aan de andere kant.
Bob de Zorgrobot kan praten, onthouden, motiveren, stimuleren, maar ook muziek maken en een dansje doen. Hij helpt de bewoners met hun activiteitenagenda door bijvoorbeeld aan te geven dat je de schoenen aan moet doen omdat je zo naar de bingo gaat. Of hij begint te dansen en nodigt je uit om mee te bewegen. En je mag hem natuurlijk ook een andere naam geven als je dat prettig vindt, vertelt Ria Nijnuis.
Het Winkheem
Het Winkheem in Winsum is één van de 6 locaties van Stichting de Hoven. In Winsum kent De Hoven ook nog zorgcentrum Twaalfhoven en verder zijn er zorgcentra in Baflo (Viskenij), Delfzijl (Vliethoven), Appingedam (Damsterheerd) en Bedum (Alegunda Ilberi).
Wat maakt het Winkheem geschikt voor de proef met de zorgrobot? Voor mensen die heel goed zelf nog weten welke dag het is, wat de activiteiten zijn en hoe laat ze graag ergens bij willen zijn is de zorgrobot nog niet nodig. Aan de andere kant zijn er ouderen die veel intensievere zorg nodig hebben, voor hen is een zorgrobot ook minder geschikt. In het Winkheem wonen mensen die daar net tussenin zitten. Zij kunnen baat hebben bij deze robot. De zorgrobot neemt geen zorgtaken over, maar is vooral een technologie die ondersteunt bij het herinneren en onthouden. En het is een maatje die voor bewoners de eenzaamheid verdrijft.
Eigen regie
Bij De Hoven, en dus ook het Winkheem, zijn we zeer gericht op het stimuleren van de eigen regie van bewoners. We willen graag dat bewoners zo lang mogelijk de regie houden over hun eigen leven en over de vraagstukken die daarbij horen. Zo is er in het Winkheem een wekelijks spreekuur van de physician assistent waar bewoners zelf naar toe kunnen. Dat is anders dan dat de verzorging de huisarts belt en afspraken gaat maken voor bewoners. Bij het houden van eigen regie past ook de ondersteuning van een zorgrobot goed.
Zorgrobot
De sociale zorgrobot is ongeveer 30 cm hoog. We noemen hem Bob, hij praat, hij danst en hij houdt bewoners actief. Zo hebben we hier ook bewoners die niet kunnen lezen. Met Bob geeft dat niet, want hij onthoudt wat je wil doen en herinnert hen eraan dat ze aanstalten mogen maken om de deur uit te gaan, bijvoorbeeld om te eten of mee te doen aan een activiteit. Ook geeft Bob antwoord op vragen die heel veel gesteld worden, zoals ‘welke dag is het vandaag?’. En hij blijft rustig, ook als hij het antwoord wel twintig keer achterelkaar moet geven.
Elke robot wordt geprogrammeerd om te kunnen anticiperen op de behoeften van de gebruiker. Zo heeft de ene bewoner wat meer behoefte aan een muziekje of afleiding en een andere bewoner wil graag door de dag heen wat meer bewegen. En het is een schatje om te zien, dus alleen het uiterlijk van Bob werkt al vertederend en stimulerend.
De proef
Sanja Balalic is als docent-onderzoeker werkzaam bij de Hanzehogeschool en is bezig met haar promotieonderzoek binnen het lectoraat User-Centered Design (zie kader). Samen met het UMCG (die zes robots beschikbaar stelt), de Rijksuniversiteit Groningen (waarvan de studenten het programmeren van de robots voor hun rekening nemen) en het Hogeland College (waarvan de leerlingen wekelijks het gebruik en de ervaring met de robots gaan monitoren met invullijsten) wordt in twee maanden tijd bekeken wat het effect is van de innovatieve zorgrobot.
Het lectoraat User-Centered Design (Hanzehogeschool) richt zich op het genereren van nieuwe kennis over het ontwerp van digitale tools om tot een (langdurige)verandering te komen qua gedrag of kennis in een beoogde groep van gebruikers. In het bijzonder richt het lectoraat zich op het ontwerp van adaptieve systemen, die zich kunnen aanpassen aan individuele verschillen in gebruikers, nieuwe technologie, en in hoeverre deze ingezet kan worden om maatschappelijke problemen aan te pakken en digitale geletterdheid en -inclusie, om mensen optimaal te ondersteunen in het gebruiken van allerlei technologie. Deze kennis wordt direct toegepast in de praktijk, samen met de bedrijven uit de creatieve industrie en domeinpartners, op het gebied van healthy ageing, ondernemerschap en energie.
In mei en juni verwachten we in het Winkheem de proef te kunnen doen. Het doel van de proef is om te zien hoe de kwaliteit van leven en de eenzaamheid van de bewoners verbetert én voor de zorgmedewerkers willen we weten wat het effect voor hen is. Hoe is het bijvoorbeeld om niet alle herhalende vragen te beantwoorden of om voor elke bewoner te helpen onthouden dat ze ergens naar toe willen gaan. En dan ook nog op tijd, zodat ze ontspannen bij activiteiten of afspraken zijn. Verder willen we ook heel graag de familie bij de inzet van de robot betrekken.
Jong en oud
We werken al langer samen met Vakland Het Hogeland, een onderwijsvorm waarbij veel praktijkervaring kan worden opgedaan via stages bij diverse instellingen en werkgevers. Dat geeft ons de kans om jong en oud met elkaar te verbinden. Voor de jeugd die bij ons stage loopt, is dat fijn omdat er genoeg werkzaamheden zijn waarbij ze een mooie toevoeging zijn voor de mooie dagbeleving van de ouderen, ze kunnen hun Nederlandse taal (als ze die minder machtig zijn) goed leren omdat onze bewoners geen andere talen spreken en ze kunnen leren van de kennis en wijsheid van de ouderen. Onze ouderen genieten enorm van de jongeren in ons huis en daarmee halen we de buitenwereld meer naar binnen. Ook de studenten van AOC Terra zijn actief in en om ons huis. Ze verzorgen niet alleen de tuin, maar doen activiteiten samen met bewoners. Het bruist van de jonge energie en dat werkt voor iedereen aanstekelijk.
Tot slot
Techniek helpt bewoners. Tijdens de coronaperiode hebben we gezien dat ook onze oudere bewoners nog veel kunnen leren met en van techniek. Heel veel bewoners hebben zich bijvoorbeeld het beeldbellen, het werken met sociale media als Facebook en omgaan met een smartphone eigen gemaakt. Zo konden ze veel meer contact houden met hun familie en de wereld om hen heen. Ook al ben je 80+, dan kun je nog heel wat leren!

Ria Nijnuis (links) laat een bewoner kennismaken met BOB.