
De orthopedagoog is geen vreemde meer in het Jeruzalem van de zorg. In toenemende mate zien we orthopedagogen aan het werk in, onder meer, het onderwijs, de ouderenzorg, jeugdzorg en gehandicaptenzorg. Maar er rijzen nog wel veel vragen over wat het werk is dat zij doen. Per sector kunnen taken en rollen overigens wel verschillen.
Hepie Henstra is sinds 2010 meer dan full time (40 uur) aan het werk bij Nieuw Woelwijck als orthopedagoog. Zij vertelt.
Wetenschap
De orthopedagogiek is een wetenschap die een beroepsgroep oplevert met een unieke expertise: wetenschappelijk onderbouwde kennis over opvoeding, wederzijdse beïnvloeding en ontwikkeling en daarmee over het betrekken van het systeem rond mensen die in een afhankelijkheidsrelatie verkeren. Die waarde bewijst zich in verschillende werkvelden zoals jeugdhulp, onderwijs, gehandicaptenzorg, ouderenzorg en geestelijke gezondheidszorg. Meer informatie is te vinden op de website van de beroepsvereniging, de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO) en in de zogenaamde Beroepenstructuur orthopedagogische zorg, die bestaat uit de (1) basis-orthopedagoog, (2) de orthopedagoog-generalist en (3) de orthopedagoog-specialist i.o.
Orthopedagoog generalist
Ik ben orthopedagoog generalist, wat wil zeggen dat ik een universitaire opleiding heb afgerond (MSc) en daarbovenop een tweejarige kopstudie heb gedaan. Tegenwoordig kun je dat doen bij het opleidingsinstituut PPO. Die letters staan voor: postmasteropleidingen binnen de Psychologie en de Orthopedagogiek. PPO verzorgt beroepsopleidingen die leiden tot een BIG-registratie en biedt tevens nascholingsactiviteiten voor psychologen en orthopedagogen. PPO werkt nauw samen met de Rijksuniversiteit Groningen en de praktijkopleidingsinstellingen. Op deze manier, opleidingsniveau en lidmaatschap van de beroepsorganisatie, voldoen wij aan de norm die we als Nieuw Woelwijck onszelf opleggen op het gebied van kwaliteit.
Wat doe ik?
Je komt orthopedagogen in allerlei sectoren tegen en per sector kan de rol- en taakinvulling verschillen. Maar het belangrijkste universele kenmerk is: inzicht verwerven in het functioneren van cliënten en hun context. Je onderzoekt kenmerken en behoeften van cliënten en hun omgeving. Het ontwikkelingsprofiel van de cliënt is hierbij een belangrijk hulpmiddel (beeldvorming en diagnostiek). Dit geeft inzicht in bijvoorbeeld over welke eigen draagkracht de cliënt beschikt en welke ondersteuning en begeleiding het best passend is. Bij Nieuw Woelwijck onderscheiden wij: wat iemand kan en wat iemand aankan. De fase van diagnostiek resulteert vervolgens in de inhoud van persoonsgerichte zorg, ondersteuning en begeleiding. Daarbij zien wij onder ogen wie daarin een rol spelen (familie, andere naasten, professionals) en welke onderlinge afstemming tussen hen nodig is. Bij Nieuw Woelwijck adviseren en ondersteunen wij het meest de begeleiders, opdat zij in hun dagelijkse handelingspraktijk weloverwogen omgangsvormen kunnen toepassen. Mijn werktuig zijn dus de begeleiders.
Alle nieuwe begeleiders komen bij Nieuw Woelwijck in de interne opleiding. De deelnemers hebben om de zes weken drie dagen les. Vrijwel alle vakken worden daar door eigen deskundigen verzorgd. Ik ben een van de docenten. Ik vind het prettig dat ik door mijn eigen werkervaring goed weet waar de deelnemers mee te maken hebben. Bovendien ken ik heel veel bewoners ook zelf. Anders gezegd: de verbindingen tussen theorie en praktijk komen vanzelf tot stand. De praktijkgevallen die wij bespreken zijn ontleend aan de werkelijkheid van alledag. Op deze manier kunnen wij deelnemers optimaal ondersteunen om zichzelf stevig en vaardig te maken in hun handelingspraktijk.
Ook op andere manieren dragen wij bij aan deskundigheidsbevordering in andere leer-werkvormen die Nieuw Woelwijck toepast.
Ouderdomsverschijnselen
Wij hebben veel mensen die hier hun hele leven wonen. Door ouderdom gaan, net als bij iedereen, vermogens achteruit: geheugen, zintuigen, tempo. Dit impliceert dat wij kijken naar de levensfasen waarin bewoners zich bevinden en ondersteuning daarop aanpassen. Wat we vooral herkennen is dat dementie eerder een rol gaat spelen, vooral bij cliënten met het syndroom van Down. Zodra de begeleiders gedragsveranderingen waarnemen, gaat de orthopedagoog meekijken. De medische behandelaren natuurlijk ook, vooral om medische oorzaken te kunnen uitsluiten. Daarnaast zien wij bijkomende stoornissen, die soms milder worden naarmate mensen ouder worden, maar soms ook meer naar de voorgrond treden. Vaak heeft dit te maken met verandering van draagkracht.
Geprotocolleerd werken
De bewoners staan in alles wat wij doen voorop, maar ook wij ontkomen niet aan het werken met regelgeving en volgens protocollen. Maar ik vind: je moet wel blijven nadenken. De werkelijkheid omvat namelijk altijd veel meer of is net even anders dan wat je in protocollen terugvindt en dus verdienen de bewoners en onze eigen deskundigheden een grotere plaats.
Kwaliteit, kwaliteitskader
Net als in de verpleeghuiszorg, geldt ook in de gehandicaptenzorg een kwaliteitskader. Zie onderstaande samenvatting.
Wij werken met de acht domeinen van Schalock & Verdugo. Deze acht domeinen bevatten alle zaken die van invloed zijn op de kwaliteit van leven van de cliënt. Ze zijn ontwikkeld door professor Bob Schalock.
De acht domeinen en bijbehorende indicatoren zijn:
Domein | Indicator |
---|---|
Lichamelijk welbevinden | Gezondheid, dagelijkse activiteiten en vrije tijd |
Zelfbepaling | Autonomie, persoonlijke controle, persoonlijke doelen en waarden, keuzes |
Emotioneel welbevinden | Tevredenheid, zelfbeeld vrij zijn van stress |
Interpersoonlijke relaties | Interacties, relaties/vriendschappen en ondersteuning |
Sociale inclusie | Integratie en participatie in de samenleving, rollen in de samenleving, sociale ondersteuning |
Persoonlijke ontwikkeling | Opleiding, persoonlijke competentie, vaardigheden |
Materieel welzijn | Financiële status, werk en onderdak |
Rechten | Respect, waardigheid, gelijkheid, burgerschap, toegang, rechtvaardige behandeling |

Toekomst
Het grootste deel van de cliënten in de gehandicaptensector is licht verstandelijk beperkt die begeleid zelfstandig kunnen wonen. Bij Nieuw Woelwijck wonen mensen met ernstigere beperkingen die 24 uur per dag afhankelijk zijn van intensieve zorg en begeleiding. De ernst en combinatie van beperkingen en eventuele ziekteprocessen maakt de zorgvraag van onze bewoners complex. Ik verwacht bij Nieuw Woelwijck geen grote veranderingen in de organisatie. Wij, alle vier de orthopedagogen, zitten stevig in onze rol en bewijzen onze meerwaarde op het vlak van persoonsgerichte zorg en begeleiding. Ik sta overigens graag nog even stil bij onze organisatiewijze. Wij werken intensief samen met de coördinerend begeleider en woonraadcoördinator. Dat is iemand die zowel gaat over de inhoudelijke begeleiding als over de aansturing van het team. Voor ons is deze combinatie heel waardevol want de twee genoemde gezichtspunten hebben veel met elkaar te maken. Ze verbinden denken en doen en was dat niet het thema van deze maand?